Delegaties van Ajax, PSV, FC Utrecht, sc Heerenveen, Heracles Almelo, NEC, Go Ahead Eagles en PEC Zwolle houden zich de komende weken bezig met de toekomst van de Eredivisie. Het model van de competitie verandert mogelijk. Op 14 maart komen diverse directeuren bij elkaar.

Jeroen Slop (Ajax), Marcel Brands (PSV), Jordy Zuidam (FC Utrecht), Luuc Eisenga (SC Heerenveen), Nico-Jan Hoogma (Heracles Almelo), Bart van Ingen (NEC), Edwin Lugt (Go Ahead Eagles) en Gerard Nijkamp (PEC Zwolle) vertegenwoordigen de achttien clubs die de Eredivisie momenteel herbergt. Met de Eredivisie CV en adviesbureau Hypercube bekijken zij mogelijke veranderingen voor het hoogste voetbalniveau van Nederland.

Het idee voor deze groep van acht clubs ontstond nadat vanuit de KNVB werd geopperd dat een Eredivisie met zestien ploegen, naar Belgisch model, wenselijk was. Er werd volgens Voetbal International een oppositiegroep opgezet, waarna een collectief van acht clubs bij elkaar is gebracht om de plooien glad te strijken. Het Belgische voetbalmodel heeft voor verschillende clubs diverse voor- en nadelen.

Zo zijn de grotere clubs gebaat bij een competitie met minder clubs en een kampioenspoule. In de Eerste Klasse van België spelen de clubs eerst een normale competitie, waarna de eerste zes clubs van de ranglijst in een aparte groep strijden om het kampioenschap. Dit levert meer krakers en dus meer geld op voor de topclubs. Kleinere clubs vallen echter sneller buiten de boot en krijgen het ook financieel zwaarder.

Vanaf het seizoen 2018/2019 hoopt de KNVB met een nieuwe competitie-opzet te komen.