De twee duels van Juventus in de halve finale van de Champions League zijn de wedstrijden van Dani Alves geworden. De vleugelverdediger van de ploeg uit Turijn stak beide confrontaties met AS Monaco in topvorm.

Met zijn prestaties hielp Alves zijn werkgever maandag naar de finale in Cardiff: 2-1. Voornamelijk in de eerste helft was zijn invloed enorm. Hij stelde Mario Mandžukić in staat het openingsdoelpunt binnen te knallen. Enkele minuten daarna schoot hij zijn eigen naam op het scorebord. De Braziliaan pegelde een afgeslagen bal in het doel. Ook verdedigend stond hij zijn mannetje met de meeste balaanrakingen (40) en overnames (6) voor rust.

Een mooie bekroning voor de international. In Frankrijk liet Alves eveneens al zien in bloedvorm te verkeren. De Braziliaans international, die transfervrij overkwam van FC Barcelona, gaf beide assists bij de treffers van Gonzalo Higuaín. De opkomende rechtsback beschikt over een geweldige voorzet. Daarmee stond hij voor dit duel al bovenaan het lijstje van spelers die de meeste kansen creëren in dit seizoen van de Champions League: 27.

Verdediging iets minder scherp
Elke wedstrijd komt ook weer de sterke verdediging van Juventus naar voren. Monaco wist van tevoren dat het zo goed als kansloos was in de return. De thuisploeg verloor in eigen stadion slechts 1 van de 154 wedstrijden en dat was in 2012 tegen Internazionale (3-1). Bovendien kreeg het dit seizoen in de Champions League pas twee tegendoelpunten te incasseren. Tegen Monaco kwam daar desondanks de derde bij door toedoen van Kylian Mbappé.

Voor Gianluigi Buffon was het ongeacht de uitslag een bijzondere wedstrijd. De keeper stond voor de 150ste keer op het veld tijdens een Europese wedstrijd en mag zich nu opmaken voor de finale. De keeper snakt naar de Champions League. Een trofee die nog niet op zijn erelijst staat en waarvoor dit wellicht de laatste kans is. Met een snelle uitgooit vervulde hij overigens een rol bij het openingsdoelpunt dinsdagavond tegen Monaco.