Bij Feyenoord hoopte men op een 'Rottertada', want de Rotterdammers moesten een 4-0 achterstand zien weg te werken in de return van de derde voorronde van de Europa League. Een zeldzaamheid als dat zou lukken. Het gebeurde echter niet, Feyenoord speelde met 1-1 gelijk tegen FK AS Trenčín.

Kansen op een grote voorsprong waren er wel voor Feyenoord. De ploeg van Giovanni van Bronckhorst nam namelijk in de eerste helft veertien keer het vijandelijke doel onder vuur. Dat was het hoogste aantal sinds de 7-0 Eredivisie-overwinning op Sparta Rotterdam, in 2017. Slechts één van die mogelijkheden ging erin, een kopbal van Eric Botteghin ging tegen de touwen. Omdat Antonio Mance in dezelfde minuut de 1-1 maakte, moest Feyenoord nog vijf treffers maken. Een vrijwel onmogelijk opdracht waar de ploeg dan ook niet in slaagde. 

Lees ook: Dit verdienen PSV en Ajax bij CL-deelname 

Ook Vitesse uitgeschakeld
Net als Feyenoord was Vitesse niet in staat om te stunten. De Arnhemmers moesten in de return een 1-0 zien weg te poetsen tegen FC Basel, maar daar was het niet toe in staat. Mede door een vroege rode kaart van centrale verdediger Jake Clarke-Salter was Vitesse niet in staat om aanvallend iets uit te richten. Bovendien kwamen de Zwitsers op voorsprong door Albian Ajeti. Daar bleef het bij, waardoor Vitesse voor de elfde keer op rij verloor in een Europese uitwedstrijd. De laatste zege van Vitesse op vreemde bodem in Europees verband gaat terug naar 2002: 1-0 vs. Rapid Bucureşti.