Feyenoord had dit seizoen twee keer het betere van het spel in de duels met aartsrivaal Ajax, maar de Rotterdammers hielden er slechts één punt aan over. De wedstrijd in De Kuip eindigde in 0-1, zondag kwamen beide ploegen in de ArenA niet tot scoren (0-0). Voormalig Feyenoord-spits Peter Houtman vindt dat Feyenoord twee keer de volle buit had moeten pakken.

"Feyenoord had dit seizoen zes punten moeten hebben tegen Ajax. Dat was heel normaal geweest", vertelt Houtman in gesprek met RTV Rijnmond. De oud-spits zag zondagmiddag hoe Colin Kâzım-Richards in de tweede helft per ongeluk een doelpunt van Jean-Paul Boëtius voorkwam. "Dat was een heel ongelukkig moment voor hem, zeker na zijn kans in de eerste helft al. Die bal komt per ongeluk tegen hem aan. Hij doet dat natuurlijk niet expres."

"Feyenoord heeft zo veel kansen gekregen, ze hebben zichzelf zo te kort gedaan", vervolgt Houtman. Joop van Daele, een andere oud-Feyenoorder, vult hem aan. "Maar wie speelden er vandaag nou echt heel goed als je de wedstrijd even terughaalt? Toornstra niet, Kazim niet, Immers niet en Boëtius niet. De helft maar, waaronder Clasie. Hij speelt nog een half jaar bij Feyenoord en dan is hij weg."

Van Daele is niet positief over de huidige vorm van Boëtius. "Ik vind het zonde. Toen hij debuteerde voor Feyenoord tegen Ajax maakte hij vijf a zes rushes. Zocht hij de vleugelverdediger op snelheid op en was hij niet af te stoppen. Dat zie je bijna niet meer terug. Een vleugelverdediger hoeft niet meer op zijn hoede te zijn, want hij maakt zijn acties niet meer."