Columnist Arnold Bruggink snapt niets van de aanstelling van Rob Maas bij SC Cambuur. Volgens Bruggink is de aanstelling van de oefenmeester symptomatisch voor het Nederlands voetbal, waar trainers met gevestigde namen veel kansen krijgen.

SC Cambuur moest dringend op zoek naar een nieuwe trainer, nadat Marcel Keizer de club al na een half jaar verliet voor Jong Ajax. Dat de Leeuwarders uiteindelijk uitkwamen bij Rob Maas is volgens Bruggink vreemd: "Rob Maas kan best een goede trainer zijn, maar op welke gronden is hij aangesteld als trainer van SC Cambuur? Is het gebaseerd op datgene wat hij bij Vitesse heeft laten zien, is het een netwerkbeslissing of is het omdat hij een goede voetballer was?", schrijft een verbaasde Bruggink in zijn column in Voetbal International.

Maas was de tweede seizoenshelft actief als trainer bij Vitesse, maar kreeg de ploeg niet meer aan het voetballen. Dat kwam hem op veel kritiek te staan in Arnhem en de clubleiding van Vitesse besloot daarom om niet verder te gaan met de trainer. Volgens Bruggink is herkansing voor Maas kenmerkend voor het Nederlandse betaald voetbal. "In Nederland wordt nog te veel geredeneerd vanuit de Wilmots-reflex. Hij was vroeger een goede voetballer, dus hij zal het wel snappen", stelt de oud-speler van PSV en FC Twente.

"Dat verschijnsel zie je ook terug in de Nederlandse trainersopleiding. Daarin worden te veel de platgetreden paden bewandeld. Nooit zie je eens een onbekende maar veelbelovende trainer uit het amateurvoetbal waarin wordt geïnvesteerd. Ons jeugdvoetbal schreeuwt om geschoolde en pedagogisch sterke opvoeders, maar die krijgen weinig kans. Er wordt vooral gekeken naar de gevestigde namen uit de praktijk."