Met pijn en moeite heeft Real Madrid drie punten gepakt tegen Valencia: 2-1. Na El Clasico voelt Madrid de hete adem van FC Barcelona in de nek, maar Valencia kon geen punten afsnoepen. 

Barcelona had eerder al met ruime cijfers van Osasuna gewonnen (7-1), waardoor Real Madrid wist wat het te doen stond. De ploeg van trainer Zinédine Zidane schoot dan ook uit de startblokken, wat nog binnen het half uur tot het openingsdoelpunt leidde. Cristiano Ronaldo kopte raak op aangeven van Dani Carvajal.

Vlak na rust had Ronaldo de wedstrijd kunnen beslissen vanaf elf meter, maar doelman Diego Alves maakte zijn status van penaltykiller was. Hij tikte de bal van de Portugees uit de hoek, waardoor hij drie van de laatste vier strafschoppen van Ronaldo wist te keren. Bovendien hielp hij zijn ploeg in de wedstrijd, wat zich vlak voor tijd beloonde met de gelijkmaker.

Daniel Parejo schoot op schitterende wijze een vrije trap tegen de touwen. Doelman Keylor Navas was kansloos op het schot, dat richting de korte kruising draaide: 1-1. Met nog minder dan tien minuten op de klok moest Madrid alles op alles zetten om geen punten te verspelen. Het slotoffensief leidde al snel tot het winnende doelpunt. Marcelo kreeg op de rand van het strafschopgebied alle tijd en ruimte om naar zijn rechterbeen te draaien, waarna hij met een schuiver de zege veiligstelde.

Door de overwinning blijft Real Madrid alleen aan kop in Spanje. Barcelona volgt op drie punten afstand, maar het doelsaldo van de Catalanen is wel stukken beter. Er zijn nog vier wedstrijden te spelen in de Primera División.