Het ging met hangen en wurgen, maar het Nederlands elftal heeft een geweldige stap gezet richting het Europees Kampioenschap van 2020. De ploeg van Ronald Koeman won in Wit-Rusland met 1-2 en blijft daardoor de nummer één in de groep.

Oranje moest het doen zonder de uiterst productieve Memphis Depay, waardoor de aanval werd gevormd door Steven Bergwijn, Donyell Malen en Quincy Promes. Bij afwezigheid van Oranje's ster waren de ogen op hun gericht, maar het was de andere grote man sinds het aantreden van Ronald Koeman die het Nederlands elftal bij de hand nam. Georginio Wijnaldum maakte voor de onderbreking namelijk twee doelpunten, de eerste keer voor de Liverpool FC-middenvelder in het Oranje-shirt. 

Twee goals van één speler in de eerste helft tijdens een uitwedstrijd was ook bijzonder. De laatste die dat voor elkaar kreeg was Wim Jonk, toen Oranje in 1993 met 0-7 won bii San Marino. De eerste goal van Wijnaldum was een fraaie kopbal, de tweede na een ongelooflijk heerlijke knal van afstand. Sinds Koeman het voor het zeggen heeft bij het Nederlands elftal maakte Depay de meeste treffers, gevolgd door Wijnaldum. De oud-speler van Feyenoord en PSV staat nu op zeven goals sinds begin 2018.

Meeste interlandgoals onder bondscoach Ronald Koeman:

1. Memphis Depay – 11 goals
2. Georginio Wijnaldum – 7 goals
3. Ryan Babel, Virgil van Dijk – 4 goals