Elke vrijdagochtend om 10.00 uur presenteren wij de rubriek 'De 5'. Je kunt opvallende feiten verwachten, mooie stadions, lastige tegenstanders en/of lachwekkende momenten. Bij het Nederlands elftal kunnen Myron Boadu en Calvin Stengs hun debuut maken, maar wij kijken naar andere landen waar vijf toptalenten voor hun eerste minuten als international staan. 

1: Rodrygo – Brazilië
Het Braziliaanse wonderkind gooide hoge ogen door een hattrick te maken als speler van Real Madrid. Dat deed hij op achttienjarige leeftijd in het Champions League-duel met het Turkse Galatasaray. Daarmee is hij de jongste Braziliaan met een hattrick in het miljardenbal, alleen Raúl was met 18 jaar en 113 dagen jonger dan Rodrygo. De aanvaller van Real Madrid kan nu zijn debuut als Braziliaanse international maken in de oefenduels met Argentinië en Zuid-Korea. 

Jongste Braziliaanse doelpuntenmakers CL:

1. Rodrygo - 18 jaar, 9 maanden en 28 dagen (6 november 2019)
2. Marquinhos - 19 jaar, 4 maanden en 3 dagen (17 september 2013)
3. Carlos Alberto - 19 jaar, 5 maanden en 15 dagen (26 mei 2004)

2: Mattéo Guendouzi – Frankrijk
Bij Arsenal FC is Guendouzi nog één van de weinige lichtpuntjes dit seizoen in de Premier League. De jonge Franse middenvelder is daarom voor de tweede keer opgeroepen voor de selectie van Didier Deschamps. Tijdens de vorige wedstrijden van Les Blues kwam het niet tot een debuut, maar in de aankomende dagen tegen  Albanië, voor de kwalificatie van EURO 2020, kan het alsnog gebeuren voor Guendouzi. 

3: Dani Olmo – Spanje 
Dani Olmo komt uit de jeugdopleiding van FC Barcelona, maar bij de Catalaanse club zag men niet direct toekomst in de aanvallende middenvelder. Daar zal de ploeg wel spijt van hebben, want momenteel heeft de technicus een flink prijskaartje om zijn nek hangen. Dat weet Ajax inmiddels ook, de Amsterdammers toonden afgelopen zomer namelijk interesse in Olmo. Die heeft echter naam gemaakt bij het nietige Dinamo Zagreb, een bijzonder knappe prestatie, waardoor hij nu ongeveer veertig miljoen euro moet kosten. Een terugkeer naar Spanje lijkt aan de orde tijdens één van de volgende transferperiodes, evenals zijn interlanddebuut. Spanje speelt de komende dagen thuis tegen Malta en Roemenië.

4: Fikayo Tomori – Engeland
Afgelopen twee wedstrijden in de Champions League heeft Nederland kennis gemaakt met de fysiek sterke verdediger. Tomori speelde namelijk tweemaal met Chelsea FC tegen Ajax en in die duels maakte hij het Dušan Tadić zeer lastig. De mandekker komt uit de jeugdopleiding van The Blues maar werd recentelijk uitgeleend aan Brighton & Hove Albion, Hull City en Derby County. Dit seizoen beleeft hij zijn doorbraak. Bij de ploeg van Gareth Southgate, die voorspelde jonge ploegen op te stellen, kan Tomori zijn eerste interland spelen tegen Kosovo. 

5: Riccardo Orsolini – Italië
Bologna FC huurde Orsolini vanaf januari van Juventus met een optie tot koop. De buitenspeler maakte indruk en dus maakte de ploeg van onder Mitchell Dijks gretig gebruik van die koopoptie. Het betekende wel een clubrecord, want de vijftien miljoen euro die Bologna aftikte was het hoogste bedrag ooit. Bij de Serie A-ploeg is hij in korte tijd uitgegroeid tot sterkhouder en dus werd hij door Roberto Mancini opgeroepen voor de nationale ploeg. Orsolini kan debuteren tegen Bosnië-Herzegovina of Armenië.