Luciano Slagveer maakte een apart seizoen door. Waar de rechtsbuiten van sc Heerenveen in de eerste seizoenshelft regelmatig werd uitgefloten door de fans, werd hij de tweede seizoenshelft juist de sterkhouder van de Friezen. 

Door een teleurstellend seizoen onder Marco van Basten in het seizoen 2013-2014, begon hij ook dit seizoen niet best. "Het slechte gevoel dat ik onder Van Basten had, nam ik mee naar dit seizoen. Het volgende probleem was dat ik niet scoorde en ook niet belangrijk was met assists. Daar haal ik normaal mijn zelf-vertrouwen uit. Het was mijn bedoeling dat het onder Dwight Lodeweges beter zou gaan, maar dat werd het niet."

"Ik had in die periode echt geluk dat Heerenveen niet méér buitenspelers had en dat Bilal Basaçikoglu was weggegaan", ging de flankspeler verder tegenover Voetbal International. "Want als hij er wél was geweest, was ik er zeker naast komen te staan. Toch voelde ik veel vertrouwen van de trainers. De assistenten kennen me uit de jeugd, zij weten dat ik belangrijk kan zijn. En Lodeweges liet me staan, omdat hij zag dat het op trainingen wel lukte."

Maar de steun van het publiek liet langer op zich wachten. "Als een actie mislukte, werd er direct gefloten vanaf de tribune. Daar ga je niet beter van spelen. Ik blokkeerde en ging daardoor weer forceren. Ik wilde het zo graag goed doen, maar het ging niet. Ik begreep de supporters ook wel, het fluiten is hun uitlaatklep, maar het hielp me niet. In alle jeugdelftallen van Heerenveen ben ik belangrijk geweest met veel goals en assists. Met de beloften werd ik zelfs landskampioen." 

"Maar of je voor 25 toeschouwers speelt of voor 25 duizend, dat is een enorm verschil. Ik vond die stap door de extra druk best lastig. Al die ogen die op me gericht zijn, er zijn bovendien veel camera’s dus de mensen thuis voor de televisie zien ook alles. Ik wilde niet afgaan en mezelf goed presenteren. Die extra druk nam ik mee naar de wedstrijden. Buiten het veld ben ik een denker, maar óp het veld moet ik vrij zijn in mijn hoofd. Dat was ik duidelijk niet", besloot Slagveer.