IJsland heeft voor een enorme stunt gezorgd op het EK door zich te plaatsen voor de achtste finales. De Scandinaviërs stonden weliswaar onder druk, maar diep in de blessuretijd werd er zelfs van Oostenrijk gewonnen: 2-1.

Een sterk begin van de IJslanders. Binnen drie minuten was het Jóhann Berg Guðmundsson die snoeihard uithaalde, maar de lat bracht redding voor de Oostenrijkers. Aan de andere kant ging Hannes Halldórsson in de fout. Marko Arnautović onderschepte de bal, maar de IJslandse goalie kon vervolgens de bal nog net aanraken voordat Arnautović doeltreffend kon zijn.

IJsland speelde in de openingsfase beter en werd beloond. Een verre ingooi van Aron Gunnarsson werd verlengd door Ari Skúlason en kwam voor de voeten van Jón Böðvarsson. De aanvaller nam aan en schoot beheerst langs doelman Robert Almer. Hierna gingen de IJslanders massaal in de verdediging en daardoor moest Oostenrijk komen. Het kreeg zelfs een strafschop nadat Skúlason David Alaba vasthield. Aleksandar Dragović mocht hem nemen, maar schoot op de paal.

Oostenrijk begon de tweede helft met twee nieuwe spelers. Marc Janko en Alessandro Schöpf moesten de Oostenrijkers een aanvallende impuls geven. Dat deden ze ook, want het land kwam veel beter voor de dag dan in de eerste helft. Twee keer was het Árnason die de bal voor de doellijn redde, maar de derde keer werd Árnason voorbij gespeeld, waarna invaller Schöpf de bal langs Halldórsson kon schieten.

De spanning werd alsmaar groter, vooral omdat Oostenrijk nog maar één doelpunt nodig had om door te dringen naar de volgende ronde. Halldórsson redde een aantal keer goed op schoten van Janko, Schöpf en een vrije trap van Alaba. De IJslandse muur stond geregeld op instorten, maar dat deed het niet. Sterker nog, invaller Arnór Ingvi Traustason mocht diep in de blessuretijd van dichtbij binnen schuiven. En dat betekende dat IJsland als tweede doorgaat naar de achtste finale en daarin treft het Engeland. En dat is een enorme stunt.

Door: Rijcko Treep