Dijkhuizen: "We zijn niet gauw bang"

Critici hadden voor aanvang van het Eredivisie-seizoen verwacht dat Excelsior het seizoen in de onderste regionen van de competitie zou spelen, maar voorlopig staan de Rotterdammers met de twaalfde plaats in de middenmoot. Trainer Marinus Dijkhuizen heeft een groot aandeel in het succes van de Kralingers en tegenover De Telegraaf legt hij zijn werkwijze uit.
"Eén van de eerste dingen die ik zei, was: ik wil absoluut niet dat wij ons als Calimero gaan gedragen. Ik heb er geen boete op gezet, maar ’wij hebben geen geld’ of 'wij zijn klein', dat wil ik niet horen. Ik vind dat wij dat goed uitstralen. We zijn niet zo gauw bang voor ploegen", zegt Dijkhuizen.
De 42-jarige Dijkhuizen nam vorig seizoen bij Excelsior het stokje over van Jon Dahl Tomasson en promoveerde vervolgens met de club naar de Eredivisie. "Ook voor mij is alles nieuw. Er komt zó veel op je af. Ineens word je een halve bekende Nederlander. Voor mij hoeft dat niet per se, maar dat krijg je erbij. De media-aandacht is veel groter dan in mijn tijd als speler. Voor mijn eigen ontwikkeling, ook technisch en tactisch, is dit heel mooi. Daar ben ik heel erg mee bezig. Daarvoor creëer ik mijn eigen feedback om me heen."
Het doel van Excelsior is duidelijk: handhaven in de Eredivisie. "Dat zou een knappere prestatie zijn dan de promotie vorig jaar. We moeten alles goed voor elkaar hebben en dat hebben we nu. Ik ben zelf veel meer bezig met het spel en de teamontwikkeling. Ik kijk niet zo heel veel naar de stand. Talentontwikkeling, dat is het streven van heel deze club. Uiteindelijk moeten we daar 36 punten mee halen."
