Na een weergaloze eerste helft en een aardig tweede deel heeft sc Heerenveen zaterdag de punten in eigen huis gehouden. Tegen een mak Vitesse, dat nooit aanspraak maakte op de winst, wonnen de Friezen: 4-1.

Terwijl de klok in het Abe Lenstra Stadion nog maar net de tien minuten aantikte, stond de thuisploeg al met 2-0 voor. Via treffers van Luciano Slagveer en Mark Uth kwam sc Heerenveen goed uit de startblokken. Vitesse stelde er bar weinig tegenover, maar beet na ruim twintig minuten van zich af. Via corners en snelle counters werd Kristoffer Nordfeldt meerdere malen op de proef gesteld, maar de doelman hield zijn goal schoon. Het was wachten op de aansluitingstreffer van Vitesse, maar vlak voor rust maakte Daley Sinkgraven er 3-0 van. Het grote talent van sc Heerenveen kreeg de bal tegen zijn arm na een corner, maar scheidsrechter Higler zag er geen handsbal in. Hierdoor kon Sinkgraven heel simpel de derde treffer van de avond maken.

Peter Bosz was duidelijk niet tevreden met zijn elftal en wisselde in de rust maar liefst drie keer. Een statement, maar ook een groot risico. Het pakte niet goed uit voor Vitesse, want al na tien minuten in de tweede helft kwam sc Heerenveen op 4-0. Vitesse leed balverlies en Slagveer profiteerde optimaal op aangeven van Larsson. Het bleef daarna rustig in Friesland, tot Guram Kashia uit het niets nog wat terug deed. Uit een vrije trap van Marko Vejinović kon de mandekker een kwartier voor tijd volledig vrijstaand de 4-1 inkoppen. Het was slechts een doelpuntje voor de statistieken, want dichterbij kwam Vitesse niet meer. Voor Younes Namli en Jerry St. Juste werd het nog een extra bijzonder avondje, want het duo debuteerde in het eerste elftal van sc Heerenveen.

Door de overwinning nestelen de Friezen zich steviger in de subtop van de Eredivisie. De ploeg stijgt een plekje en eindigt op positie nummer zeven. Vitesse gaat het nog zwaar krijgen. De ploeg blijft voorlopig op de twaalfde plek staan, maar moet de voetbalzondag afwachten om te kijken of de concurrentie profiteert van de Arnhemse verliesbeurt.

Door: Jos Boesveld