SC Cambuur boekte vrijdagavond de eerste thuiswedstrijd van het seizoen. De Leeuwarders drongen de gehele wedstrijd aan, maar kwamen pas na een uur spelen op voorsprong tegen Almere City FC. Trainer Rob Maas was na afloop blij, maar maakte zich wel even ongerust.

Cambuur kwam in de eerste vijf speelronden pas vier keer tot scoren en ook tegen Almere City FC misten de Leeuwarders veel kansen. Maas bekroop langzamerhand het gevoel dat zijn ploeg meer met zichzelf ging worstelen, dan met de tegenstander. "Dan sluipt er weer iets in van: het zal toch niet? Ook bij mij", vertelt de oefenmeester in gesprek met de Leeuwarder Courant. In de 63ste minuut brak rechtsback Djavan Anderson de ban voor Cambuur. Daarna liepen de Leeuwarders betrekkelijk simpel uit naar een 4-1 eindstand.

De vleugelverdediger kwam vorig seizoen over van de beloften van AZ, maar wist zich toen niet te onderscheiden in het Cambuurstadion. Anderson is in de Jupiler League wel verzekerd van een basisplaats en zit een stuk beter in zijn vel. "Ik heb, met dank aan mijn familie, veel in mijn hoofd kunnen oplossen. Ik heb een zware tijd gehad. Het was vooral een mentale kwestie", bekent de back. Anderson maakte vrijdag zijn eerste treffer in het betaalde voetbal en was blij dat hij zijn ploeg op een verdiende voorsprong kon schieten. "We wilden niet forceren en dezelfde dingen blijven doen. We worstelden tot die eerste goal."