Oranje heeft zich prima hersteld van de matige prestatie in de kwalificatie tegen Turkije. Dit keer speelde men tegen ex-Wereldkampioen Spanje in de ArenA en de ploeg werd met een 2-0 nederlaag terug naar het zuiden gestuurd.

Het Nederlands elftal begon tegen de verwachtingen in fris en fruitig aan de oefeninterland. Er werd gevoetbald met lef, passie en plezier. Dit resulteerde na ruim een kwartier al in een 2-0 voorsprong. Eerst kreeg Wesley Sneijder twee kansen om de bal in de zestien te gooien en bij de tweede keer was Stefan de Vrij het eindpunt. De mandekker faalde niet met het hoofd en kopte de 1-0 in de rechterhoek. Nog geen drie minuten later verdubbelde Davy Klaassen met zijn eerste interlandgoal de score. De Ajacied kreeg de bal na een mooie PSV-combinatie tussen Memphis Depay en Jetro Willems en wist in twee instanties De Gea te verschalken. Spanje kroop rond het half uur uit de schulp, maar zowel Piqué als Juanmi kon Kenneth Vermeer niet verschalken.

Ook de tweede helft begon scherp vanuit Nederlandse kant, maar men kon nog niet juichen in de ArenA. Dit had niets te maken met een heerlijke voorzet van Sneijder, maar wel met de nauwkeurigheid van Bruno Martins Indi. De mandekker had de hoek voor het uitzoeken op een kleine vijf meter van het doel, maar zijn kopbal ging via een stuit over het doel heen. Spanje kroop na tien minuten wat meer naar voren en kreeg via Piqué een prima kans uit een vrije trap, die door de muur heen ging. Vermeer ging naar de verkeerde hoek, maar kon met zijn been pareren. 

Het vele gewissel, wat een vriendschappelijke interland altijd zo tekent, haalde de snelheid uit de wedstrijd, waardoor de laatste tien minuten maar weinig publiek van de stoelen trok. In juni gaat het Nederlands elftal weer verder in de kwalificatie, waar het de punten nog hard nodig heeft. Letland is de volgende tegenstander op weg naar het Europees Kampioenschap 2016. Ook wordt er in de zomer geoefend tegen de Verenigde Staten.

Door: Jos Boesveld