Dankzij een doelpunt in de 99ste minuut ging Nederland woensdagavond voorbij Zweden: 1-0. Vroege openingstreffers zaten er dit WK nog niet in, in groot contract met finale-tegenstander de Verenigde Staten.

Nederland hield het in alle zes WK-wedstrijden lang spannend. Tegen Nieuw-Zeeland (1-0) viel het winnende doelpunt diep in blessuretijd, tegen Kameroen werd het verschil na rust gemaakt (3-1), Canada werd een kwartier voor tijd verslagen (2-1), Japan werd uitgeschakeld in de slotminuut (2-1), Italië werd na rust aan de kant gezet (2-0) en tegen Zweden hadden de OranjeLeeuwinnen een verlenging nodig. Pas in de tweede helft werd wedstrijd na wedstrijd het verschil gemaakt, waar tegenstander de Verenigde Staten juist razendsnel toeslaat.

Het duurde de Amerikaanse vrouwen maximaal twaalf minuten om op voorsprong te komen. Dat was nota bene tegen Thailand, de ploeg die met een all-time recordnederlaag van het veld werd geblazen: 13-0. De vijf andere landen hielden het dus nóg korter vol tot het eerste doelpunt in het net lag.

Minuten tot doelpunt van Verenigde Staten:

• 12 vs. Thailand
• 11 vs. Chili
• 3 vs. Zweden
• 7 vs. Spanje
• 5 vs. Frankrijk
• 10 vs. Engeland

Het is dus zaak voor Nederland om de openingsfase te doorstaan. Gezien de ijzersterke achterhoede van de OranjeLeeuwinnen lijkt die klus wel aan ze besteed. Nederland kreeg pas drie doelpunten tegen, waarvan de vroegste in de 43ste minuut was - tegen Kameroen en Japan.

Daartegenover staat dat Nederland een diesel is die in de tweede helft op gang komt, waar de Verenigde Staten juist telkens vroeg piekten. De veredelde oefenwedstrijd tegen Thailand (13-0) buiten beschouwing gelaten, scoorden ze acht van de elf doelpunten in de eerste helft. De OranjeLeeuwinnen maakten juist negen van de elf doelpunten ná rust. Alleen tegen Kameroen en Japan wisten ze voor het rustsignaal te scoren, maar Nederland ging nog nooit met een voorsprong pauzeren.