Bayern München heeft de heenwedstrijd tegen Arsenal betrekkelijk eenvoudig gewonnen met 0-2. Door een rode kaart liepen de Engelsen de tweede helft achter de feiten aan en kregen twee doelpunten tegen. In de eerste helft werden twee penalty’s gemist.

Arsenal kreeg een uitgelezen mogelijkheid om in de eerste tien minuten op voorsprong te komen. Jerome Boateng legde Mesut Özil neer in de zestien en de Duitser verdiende een penalty. De recordaankoop van Arsenal ging zelf achter de bal staan, maar faalde oog in oog met Manuel Neuer. Arsenal bleef daarna goed meevoetballen, maar werd rond het half uur steeds meer naar achteren gedrukt. Het resulteerde uiteindelijk in een penalty voor Bayern München, toen Arjen Robben werd neergelegd door Wojciech Szczęsny. De Pool kreeg rood en de Duitsers een penalty. David Alaba ging achter de bal staan, maar de Oostenrijker raakte de paal.

In de tweede helft was voor Arsenal de taak duidelijk. De nul houden en op de counter hopen. Dit lukte aardig, alhoewel Bayern München duidelijk een veldoverwicht had. Tien minuten na rust kwam de uitploeg dan ook verdiend op voorsprong. Toni Kroos kreeg de bal op de zestien en haalde met rechts bekeken uit: 0-1. Het verzet van Arsenal brak definitief en Bayern München kon gaan werken aan het uitbreiden van de score. Het overwicht van de Duitsers bleef aanwezig, wat vlak voor tijd werd beloond. Thomas Müller rondde een pass van Philipp Lahm prima af met het hoofd.

De return in Duitsland staat 11 maart op het programma. Arsenal moet dan alles op alles zetten om door te bekeren richting de kwartfinale van de Champions League.

Door: Jos Boesveld