Bayern München is doorgestoten naar de kwartfinale van de Champions League. In de Allianz Arena speelde de Duitse topclub dinsdagavond met 1-1 gelijk tegen Arsenal. Het gelijkspel was voldoende voor het team van Pep Guardiola, dat het heenduel met 0-2 had gewonnen.

Arsenal-trainer Arsène Wenger begon in de Allianz Arena met een zeer aanvallende opstelling. Liefst vijf aanvallend ingestelde spelers stonden in het veld: Mikel Arteta, Mesut Özil, Lukas Podolski, Alex Oxlade-Chamberlain en Olivier Giroud. Deze spelers konden in de eerste 45 minuten weinig forceren. Bayern München controleerde de wedstrijd en gaf op een kopkansje van Giroud na vrij weinig weg.

Het team van Guardiola won drie weken geleden in het Emirates Stadium met 0-2 en hoefde dinsdagavond niet meer te winnen. De Duitsers gingen echter van meet af aan voor de overwinning en via Javi Martínez leken zij in de 27e minuut op voorsprong te komen.  Het doelpunt van de Spanjaard werd echter wegens buitenspel afgekeurd. Arjen Robben (twee keer), David Alaba en Mario Götze kregen in de eerste helft ook mogelijkheden op het openingsdoelpunt, maar zij wisten hun kansen niet te benutten.

Vroeg in de tweede helft leek Bayern München de achtste finale te hebben beslist. Op aangeven van Franck Ribéry maakte Bastian Schweinsteiger de verdiende 1-0.  De gelijkmaker van Arsenal liet echter niet lang op zich wachten. Philipp Lahm liet zich in zijn eigen strafschopgebied te makkelijk van de bal zetten door Lukas Podolski, die vervolgens vanuit een moeilijke hoek de bal hard achter Manuel Neuer schoot.

Na de gelijkmaker brak een periode aan waarin Arsenal meer balbezit kreeg, maar tot grote kansen kwam de nummer drie van de Premier League niet meer. Bayern München kreeg nog wel een uitgelezen mogelijkheid op een doelpunt. Robben versierde in de blessuretijd een strafschop, maar Thomas Müller benutte de penalty niet. Het deerde de Rekordmeister niet, want het 1-1 gelijkspel was voldoende om de kwartfinale van de Champions League te bereiken.

Door: Vincent Houttuin