30.05.2016 10:07

Het team der afwezigen van dit EK

Niet alleen Nederland is er de komende maand niet bij tijdens het EK, ook landen als Servië, Denemarken en Griekenland hoeven niet af te reizen naar Frankrijk. Voetbal.com maakte een elftal met spelers van landen die zich niet gekwalificeerd hebben voor het EK, maar eigenlijk wel op een eindronde horen te staan.

Kasper Schmeichel (Denemarken)

Kasper Schmeichel werd met Denemarken in de play-offs uitgeschakeld door Zweden. Toch kende de doelman een fabelachtig seizoen. De goalie was namelijk een belangrijke factor in het kampioenschap van Leicester City. De zoon van Peter Schmeichel onderscheidde zich meerdere keren in belangrijke wedstrijden en mede door zijn keeperswerk werd Leicester City voor het eerst in de historie kampioen. Hij had zijn seizoen graag nog meer glans gegeven op het EK, maar Schmeichel zal vast nog niet hersteld zijn van het kampioensfeestje. In totaal keepte de Deen dit seizoen 38 wedstrijden en daarin hield hij vijftien keer de nul.

Branislav Ivanović (Servië)

De rechtsback van Chelsea kende een dramatische EK-kwalificatiereeks. In de poule met Portugal, Albanië, Denemarken en Armenië werd het land vierde met slechts vier punten. Daardoor ontbreekt Servië opnieuw op een eindtoernooi. Bij Chelsea speelde Ivanović 33 wedstrijden en hij begon ze allemaal in de basis. De lange verdediger scoorde twee keer. Ivanović speelde ruim tweehonderd duels in de Premier League en kwam ook vijftig keer uit in de Champions League. Met zijn 31 jaar is hij zeker nog niet versleten.

Niklas Moisander (Finland)

Dat de Finnen op een eindtoernooi ontbreken, is eigenlijk al geen verrassing meer. Ook oud-Ajacied Niklas Moisander kon daar dit jaar niets aan veranderen. De Finnen eindigden in hun poule als vierde met twaalf punten en moesten Noord-Ierland, Roemenië en Hongarije voor zich dulden. Bij zijn club Sampdoria kende Moisander een redelijk seizoen. De verdediger wist al snel een basisplaats af te dwingen. Hij speelde 22 duels, waarvan negentien keer in de basis. Sampdoria eindigde uiteindelijk als vijftiende in de Serie A, twee punten boven de degradatiestreep.

Sokratis Papastathopoulos (Griekenland)

Griekenland was altijd een vaste waarde op een eindtoernooi, maar op het EK ontbreekt het land na jaren weer eens. In hun poule eindigden de Zuid-Europeanen zeer teleurstellend als laatste (in dezelfde poule als Finland). Bij zijn eigen ploeg ging het Sokratis Papastathopoulos een stuk beter af. Met Borussia Dortmund speelde de betrouwbare verdediger 25 competitieduels, waarvan 23 keer in de basis. Dortmund eindigde – uiteraard achter Bayern München – als tweede in de competitie, ruim voor nummer drie Borussia Mönchengladbach. Daardoor speelt Sokratis volgend jaar in de Champions League. Dit jaar werden die Borussen in de kwartfinale uitgeschakeld door Liverpool.

Nemanja Matić (Servië)

Hij overweegt dan wel niet tijdelijk te stoppen als interlandspeler na het ‘onaanvaardbare gedrag van enkele teamgenoten’ tijdens de EK-kwalificatiereeks. Volgens Nemanja Matić zijn zijn landgenoten niet serieus met voetbal bezig. Bij Chelsea begon het seizoen ook niet geweldig; José Mourinho moest vertrekken en met Guus Hiddink als tijdelijke hoofdtrainer presteerde Chelsea al iets beter. Toch eindigden de Londenaren ‘slechts’ tiende, waardoor ze volgend jaar niet in Europa actief zijn. Matić speelde 33 keer mee, waarvan 28 keer in de basis. Twee keer wist de ex-Vitessenaar het net te vinden.

Miralem Pjanić (Bosnië en Herzegovina)

De Bosniërs verloren in de play-offs van Ierland, waardoor Bosnië ná het WK niet op het EK aanwezig is. Dat betekent dat Edin Dzeko, Vesad Ibisević en Miralem Pjanić thuis op de bank naar het toernooi kunnen kijken. Pjanic was dit seizoen een vaste waarde bij AS Roma. Hij scoorde in 33 competitiewedstrijden tien keer. Daarmee speelde hij zich in de kijker van onder meer Chelsea en Real Madrid. Ook in de Champions League speelde de middenvelder een aantal goede wedstrijden.

Christian Eriksen (Denemarken)

In zijn derde seizoen bij Tottenham Hotspur blonk Christian Eriksen regelmatig uit met zijn individuele acties en steekpassjes. Toch kon hij zijn land Denemarken daarmee niet genoeg van dienst zijn, want de Denen verloren in de play-offs van Zweden. Eriksen zal daar flink van balen, want die had zijn kunstjes graag op het EK willen vertonen. Toch mag de oud-Ajacied tevreden zijn over zijn seizoen, want in 35 wedstrijden kwam zij zes keer tot scoren en gaf hij maar liefst dertien assists.

Henrikh Mkhitaryan (Armenië)

Armenië kon hij niet aan meer dan twee punten helpen in de kwalificatiereeks; bij Borussia Dortmund was Henrikh Mkhitaryan een stuk belangrijker. In de 31 wedstrijden waarin hij speelde was hij elf keer trefzeker en gaf hij zestien (!) assists. Daarmee eindigde hij bovenaan in de lijst van meeste assists in de Bundesliga. Het is niet voor niets dat de Armeense middenvelder in de belangstelling staat van grote clubs als Arsenal en Juventus.

Valeri Qazaishvili (Georgië)

De smaakmaker van de eerste helft van de Eredivisie zal ook geen EK spelen. Valeri Qazaishvili eindigde met Georgië in de groep vrij kansloos als vijfde van de zes landen. Bij Vitesse begon de aanvallende middenvelder erg goed, maar na het vertrek van Peter Bosz ging het bergafwaarts met Vitesse. Vako, zoals zijn bijnaam luidt, werd zelfs een keer door Rob Maas op de bank gezet. In totaal kwam Qazaishvili uit tot 33 potjes, waarin hij tien keer het net vond.

Stefan Jovetić (Montenegro)

Stefan Jovetic verkaste vorig seizoen van Manchester City – waar hij weinig aan de bak kwam – naar Internazionale. Jovetic kwam bij de Italiaanse grootmacht vaker aan spelen toe: 26 keer, waarvan achttien basisplaatsen. Bij City kreeg hij dat jaar ervoor negen basisplaatsen. Dit seizoen wist de spits zes keer te scoren, dat is nog ietwat magertjes voor een spits zoals Jovetic. Bij Montenegro hadden Jovetic en co het niet eenvoudig. In een poule met Zweden, Rusland en Oostenrijk werd het land vierde met elf punten.

Arjen Robben (Nederland)

De grootste afwezige op het EK is natuurlijk Arjen Robben. De sterspeler van het Nederlands elftal en Bayern München was op het vorige WK één van de beste spelers van het toernooi dankzij zijn individuele acties en doelpunten. Helaas kampte hij dit seizoen met meerdere blessures, waardoor hij niet van waarde kon zijn bij beide teams. De vleugelspits kwam dit seizoen vijftien keer uit voor Bayern en scoorde daarin vier keer. In de drie duels in de Champions League scoorde hij twee keer. De laatste wedstrijd van Robben was alweer op 5 maart. Volgend seizoen zal hij proberen fit aan de start te verschijnen.

Door: Rijcko Treep

Eredivisiepoule
Nieuws: Voetbal Headlines.nl | Voetbal Headliner